Dutch-German translation for "buiten"

"buiten" German translation

„buiten“: voorzetsel

buiten

[ˈbœytə(n)]voorzetsel | Präposition, Verhältniswort präp

Overview of all translations

(For more details, click/tap on the translation)

außerhalb, außer, ohne

außerhalb (genitief, 2e naamval | Genitivgen)
buiten

buiten
außer (datief, 3e naamval | Dativdat)
buiten

buiten
ohne (accusatief, 4e naamval | Akkusativakk)
buiten

buiten

examples

buiten zichzelf

außer sich

buiten zichzelf

„buiten“: bijwoord

buiten

[ˈbœytə(n)]bijwoord | Adverb adv

Overview of all translations

(For more details, click/tap on the translation)

außen, im Freien, draußen, auf dem Lande

außen, draußen
buiten

buiten
im Freien
buiten

buiten
auf dem Land(e)
buiten

buiten

examples

buiten gaan wonen

aufs Land ziehen

buiten gaan wonen
buiten (jij)!

hinaus, (mit dir)!

buiten (jij)!
er buiten houden

sich heraushalten (ausdatief, 3e naamval | Dativ dat)

er buiten houden
er niet buiten kunnen

nicht umhinkönnen

nicht entbehren können, nicht ohne (accusatief, 4e naamval | Akkusativakk) können

er niet buiten kunnen
naar buiten

her-, hinaus

auswärts

ins Freie

ins Grüne

naar buiten
naar buiten toe

nach außen hin

naar buiten toe
naar buiten dragen/komen

heraus-, hinaustragen/kommen

naar buiten dragen/komen
zich te buiten gaan aan

sich hemmungslos hingeben (datief, 3e naamval | Dativdat)

zich te buiten gaan aan
van buiten

von auswärts, von außen

van buiten
van buiten

auswärtig

van buiten
van buiten figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

auswendig figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

van buiten figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig
van buiten kennen/leren

auswendig können/lernen

van buiten kennen/leren

hide examplesshow examples

„buiten“: onzijdig

buiten

onzijdig | Neutrum, sächlich n <-s>

Overview of all translations

(For more details, click/tap on the translation)

Landhaus, Land, Landsitz

Landhausonzijdig | Neutrum, sächlich n
buiten

Landsitzmannelijk | Maskulinum, männlich m
buiten

buiten
Landonzijdig | Neutrum, sächlich n (≠ Stadt)
buiten

buiten

examples

op de buiten Vlaams | flämischfläm

im Grünen, auf dem Land(e)

op de buiten Vlaams | flämischfläm

Context sentences for "buiten"

buiten bewustzijn zijn

bewusstlos (of | oderod ohnmächtig) sein

buiten bewustzijn zijn

buiten kijf

zweifellos, ohne Frage

buiten kijf

buiten de dienst

außerdienstlich

buiten de dienst

buiten dienst

buiten dienst

buiten onze kennis

ohne unser Wissen

buiten onze kennis

alles gaat buiten hem om

es läuft alles an ihm vorbei (of | oderod ohne ihn)

alles gaat buiten hem om

buiten westen

buiten westen

buiten mijn schuld

ohne meine Schuld

buiten mijn schuld

buiten (het) bereik

ook | aucha. unerreichbar figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig

buiten (het) bereik

buiten zichzelf raken

außer sich geraten

buiten zichzelf raken

buiten mijn weten

ohne mein Wissen

buiten mijn weten

naar buiten kijken

ook | aucha. hinausblicken

naar buiten kijken

buiten gevecht stellen

außer Gefecht setzen, kampfunfähig machen

buiten gevecht stellen

buiten gebruik

buiten gebruik

buiten kennis raken

das Bewusstsein verlieren

buiten kennis raken

buiten verhouding

unverhältnismäßig

buiten verhouding

naar buiten leunen

sich hinauslehnen

naar buiten leunen

buiten adem

buiten adem

buiten schot

außer Schussweite

buiten schot

buiten beschouwing laten/blijven

außer Betracht (of | oderod Acht) lassen/bleiben

buiten beschouwing laten/blijven

Tell us what you think!

Do you like the Langenscheidt online dictionary?

Many thanks for your review!

Thank you for your feedback!