Dutch-German translation for "goed"

"goed" German translation

goed
[ɣ̊uˑt]bijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj

Overview of all translations

(For more details, click/tap on the translation)

examples
goed
onzijdig | Neutrum, sächlich n <-eren>

Overview of all translations

(For more details, click/tap on the translation)

  • Gutonzijdig | Neutrum, sächlich n
    goed
    Habevrouwelijk | Femininum, weiblich f
    goed
    goed
  • Landgutonzijdig | Neutrum, sächlich n
    goed
    goed
  • Zeugonzijdig | Neutrum, sächlich n
    goed
    goed
  • Stoffmannelijk | Maskulinum, männlich m
    goed
    goed
examples
  • mijn goeie goed
    meine guten Sachenvrouwelijk meervoud | Femininum Plural fpl
    mijn goeie goed
  • schoon goed
    saubere Wäschevrouwelijk | Femininum, weiblich f
    frische Sachenvrouwelijk meervoud | Femininum Plural fpl
    schoon goed
  • goed en kwaad
    Gut und Böse
    goed en kwaad
  • hide examplesshow examples
goed absorberend
goed absorberend
niet bijzonder goed
ook | aucha. nicht sonderlich gut
niet bijzonder goed
naar omstandigheden goed
den Umständen entsprechend gut
naar omstandigheden goed
met goed fatsoen
auf anständige Weise
met goed fatsoen
gebreid goedonzijdig | Neutrum, sächlich n
Strickwarenvrouwelijk meervoud | Femininum Plural fpl
gebreid goedonzijdig | Neutrum, sächlich n
onthou(d) het goed!
merke dir das!
onthou(d) het goed!
goed af zijn
goed af zijn
süffig Wein
goed drinkbaar
goed bekken
goed (slecht) gehumeurd
gut (schlecht) gelaunt
goed (slecht) gehumeurd
goed gedrag
Wohlverhaltenonzijdig | Neutrum, sächlich n
goed gedrag
goed besteld zijn
wohlgestaltet sein Person
goed besteld zijn
goed kledend
goed kledend
goed in de markt liggen
eine gute Marktposition haben
goed in de markt liggen
op goed geluk
op goed geluk
het komt wel goed
es wird schon gut (werden)
het komt wel goed
niet goed snik
übergeschnappt, nicht recht bei Trost omgangstaal | umgangssprachlichumg
niet goed snik
goed (slecht) afkomen van
gut (schlecht) wegkommen bei (datief, 3e naamval | Dativdat)
goed (slecht) afkomen van
have en goed
Habonzijdig | Neutrum, sächlich n und Gut
have en goed

Tell us what you think!

Do you like the Langenscheidt online dictionary?

Many thanks for your review!

Do you have any feedback regarding our online dictionaries?

Is a translation missing, have you noticed a mistake, or do you just want to leave some positive feedback? Please fill out the feedback form. Giving an email address is optional and, under our privacy policy, used only to handle your enquiry.

Please confirm you are human by ticking the checkbox.*

*Mandatory field

Please fill in the fields marked *.

Thank you for your feedback!

Visit us at: