komen
[ˈkoːmə(n)]werkwoord | Verb v <zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn>Overview of all translations
(For more details, click/tap on the translation)
examples
- komen van(her)stammen (of | oderod herrühren) von (datief, 3e naamval | Dativdat)
- komen aanlopenangelaufen kommen
-
- achter iets komeniets | etwasetwas herausbekommen
-
- erbij komen
- er komen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfiges schaffen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig
- er komenes zuiets | etwas etwas bringen
-
- naar boven komen
- naar boven komen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfighochkommen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig
- te weten komen
- voor elkaar komenin Ordnung kommen
- voor elkaar komen omgangstaal | umgangssprachlichumgklargehen omgangstaal | umgangssprachlichumg
- daar komt niets van (in)!daraus wird nichts!
-
-
- hij komt te stervener ist (soeben) gestorben
hide examplesshow examples