„entledigen“ entledigen <entledigen> Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) zich ontdoen van zich kwijten van examples sich entledigen (Genitiv | genitief, 2e naamvalgen) zich ontdoen (van) sich entledigen (Genitiv | genitief, 2e naamvalgen) sich entledigen (Genitiv | genitief, 2e naamvalgen) ausführen zich kwijten (van) sich entledigen (Genitiv | genitief, 2e naamvalgen) ausführen