„toren“: zelfstandig naamwoord toren [ˈtoːr-]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst <-s> Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Turm Turmmannelijk | Maskulinum, männlich m toren toren examples hoog van de toren blazen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig große Tönemannelijk meervoud | Maskulinum Plural mpl spucken figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig hoog van de toren blazen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig