„buil“: zelfstandig naamwoord buil [bœyl]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Beule Tüte, Beutel Beulevrouwelijk | Femininum, weiblich f buil buil examples daar kun je je geen buil aan vallen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig das ist ziemlich risikolos figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig daar kun je je geen buil aan vallen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig Tütevrouwelijk | Femininum, weiblich f buil Beutelmannelijk | Maskulinum, männlich m buil buil