„bezem“: zelfstandig naamwoord bezem [ˈbeːzəm]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst <-s> Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Besen Besenmannelijk | Maskulinum, männlich m bezem bezem examples nieuwe bezemsmeervoud | Plural pl vegen goed (of | oderod schoon) neue Besenmeervoud | Plural pl kehren gut nieuwe bezemsmeervoud | Plural pl vegen goed (of | oderod schoon)