„voorrang“: zelfstandig naamwoord voorrangzelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Vorrang, Vorfahrt, Vortritt Vorrangmannelijk | Maskulinum, männlich m voorrang Vortrittmannelijk | Maskulinum, männlich m voorrang voorrang Vorfahrtvrouwelijk | Femininum, weiblich f Verkehr voorrang voorrang examples met voorrang bevorzugt met voorrang voorrang hebben op (of | oderod boven) Vorrang haben vor (datief, 3e naamval | Dativdat) voorrang hebben op (of | oderod boven) voorrang verlenen (of | oderod geven) die Vorfahrt beachten Verkehr voorrang verlenen (of | oderod geven)