„verzoeten“: werkwoord verzoeten [-ˈzuˑt-]werkwoord | Verb v <verzoeten> Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) versüßen versüßen verzoeten ook | aucha. figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig verzoeten ook | aucha. figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig