„uitval“: zelfstandig naamwoord uitvalzelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Ausfall, Vorstoß, Ausbruch Ausfallmannelijk | Maskulinum, männlich m uitval uitval Vorstoßmannelijk | Maskulinum, männlich m uitval uitval Ausbruchmannelijk | Maskulinum, männlich m Schelte, Wut uitval uitval