„twijg“: zelfstandig naamwoord twijg [tŭɛĭx]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Zweig, Reis, Gerte Zweigmannelijk | Maskulinum, männlich m twijg Reisonzijdig | Neutrum, sächlich n twijg Gertevrouwelijk | Femininum, weiblich f twijg twijg