„spraak“: zelfstandig naamwoord spraakzelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Sprache, Sprachfähigkeit Sprachevrouwelijk | Femininum, weiblich f spraak spraak Sprachfähigkeitvrouwelijk | Femininum, weiblich f spraak spraak examples aan zijn spraak te horen seiner Sprechweise nach aan zijn spraak te horen