„ongesteld“: bijvoeglijk naamwoord ongesteldbijvoeglijk naamwoord | Adjektiv adj Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) menstruierend, unwohl menstruierend ongesteld ongesteld unwohl ongesteld ongesteld examples ze is ongesteld sie menstruiert, sie hat ihre Regel (of | oderod Periode) ihr ist unwohl ze is ongesteld