„noodhulp“: zelfstandig naamwoord noodhulp [ˈ-hɵl(ə)p]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Aushilfe, Notbehelf Aushilfevrouwelijk | Femininum, weiblich fook | auch a. Person noodhulp noodhulp Notbehelfmannelijk | Maskulinum, männlich m noodhulp noodhulp examples als noodhulp zur Aushilfe als noodhulp