„janboel“: zelfstandig naamwoord janboel [ˈjɑnbuˑl]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst omgangstaal | umgangssprachlichumg Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Saftladen Saftladenmannelijk | Maskulinum, männlich m janboel janboel