„haast“ haast Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) fast, beinahe fast, beinahe haast haast examples gebeurt het haast? wirds bald? gebeurt het haast?
„haast“: zelfstandig naamwoord haastzelfstandig naamwoord | Substantiv subst Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Eile, Hast Eilevrouwelijk | Femininum, weiblich f haast haast Hastvrouwelijk | Femininum, weiblich f haast haast examples haast hebben es eilig haben haast hebben haast maken (met) sich beeilen (beidatief, 3e naamval | Dativ dat) haast maken (met) er is haast bij es eilt er is haast bij