„bouwen“: werkwoord bouwenwerkwoord | Verb v Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) bauen, erbauen, erstellen bauen, erbauen, erstellen bouwen bouwen examples op iemand bouwen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig auf jemanden bauen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig op iemand bouwen figuurlijk | figurativ, in übertragenem Sinnfig