„bliksemen“: werkwoord bliksemen [ˈblɪksəmə(n)]werkwoord | Verb v Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) blitzen, funkeln, fliegen, donnern blitzen bliksemen bliksemen funkeln Augenook | auch a. bliksemen bliksemen fliegen, donnern bliksemen omgangstaal | umgangssprachlichumg zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn bliksemen omgangstaal | umgangssprachlichumg zijn hulpwerkwoord zijn | Hilfsverbzn