„schoof“: zelfstandig naamwoord schoof [sxoːf]zelfstandig naamwoord | Substantiv subst <schoven> Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) Garbe Garbevrouwelijk | Femininum, weiblich f schoof schoof
„schoof“: onvoltooid verleden tijd schoofonvoltooid verleden tijd | Imperfekt impf Overview of all translations (For more details, click/tap on the translation) schoof → see „schuiven“ schoof → see „schuiven“